Een veel gehoord vooroordeel is dat ik er niet autistisch uit zou zien. Hoe een autist er dan wel uit zou moeten zien blijft vaag en een concept berustend op foutieve representatie van Autisme in de media. Het boek van Bianca Toeps met de titel Maar je ziet er helemaal niet autistisch uit lijkt me dan ook een interessant boek, omdat het geschreven is door iemand met Autisme. Ik ben benieuwd wat ze schrijft.
Toeps is zelf gediagnosticeerd volgens de DSM 4 en heeft het syndroom van Asperger. Ze hekelt de naam eigenlijk en kan zich prima vinden in de benaming autist of persoon met autisme. Ze vergelijkt autisten op tv met een soort circuspaarden, omdat deze een slechte representatie zijn van de grote diversiteit die er binnen de autistische community te vinden is.
Al vrij snel haalt ze de officiële DSM 5 criteria voor Autisme Spectrum Stoornis erbij en begint ze op basis daarvan haar eigen leven te doorlopen. Ze neemt ons mee op een reis door haar leven en ziet waar haar autisme haar zowel meeviel als ook tegenwerkte. Ook ziet ze het spectrum niet als een rechte lijn van 0 tot 100, maar als een multidimensionale vectorruimte waarbinnen er veel variatie is in de manier waarop autisme zich uit.
Toeps laat in Maar je ziet er helemaal niet autistisch uit zien dat er voor veel vrouwen een lange reis vooraf gaat aan de officiële diagnose en pleit voor een betere herkenning daarvan door professionals. Met voorbeelden uit haar eigen leven en interviews van andere met autisme laat ze echter ook de sterke kanten van autisme zien. Het is gewoon wel mogelijk om je dromen te volgen, in tegenstelling tot wat professionals veelal over autisten zeggen en denken.
Ze weerlegt de Theory of Mind met een simpel doch effectief voorbeeld en brengt je in contact met een andere meer omvattende theorie, namelijk de Intens World Theory. Ze legt uit wat een autistische burn-out is en hoe dat ontstaat en dus ook voorkomen kan worden. Ze is duidelijk dat neurotypische mensen (norm-mensen) een te eenzijdig beeld van autisme hebben en meer naar de persoon moeten gaan kijken. Daarnaast haalt zo ook vel uit naar Autism Mums, ofwel vrouwen die hun autistische kind gebruiken om aandacht en medelijden te wekken voor zichzelf.
Al met al vind ik het boek van Toeps een sterke bijdragen leveren aan het lijstje boeken over autisme, omdat ze ten eerste schrijft over haar persoonlijke ervaringen in haar leven met Autisme. Ze is gewoon een autistische ervaringsdeskundige in plaats van een neurotypische hulpverlener. Ik vond het op sommige punten een feest van herkenning. Op andere punten had het waardevolle tips. Voor mij is dit boek een betere wegwijzer over autisme dan de andere boeken (deze en deze) tot nu toe waren.
Ik raad Maar je ziet er helemaal niet autistisch uit aan voor mensen met autisme, familie en vrienden van autisten, maar in het bijzonder ook aan professionals die bijgeschoold moeten worden over wat autisme in de praktijk betekend en hoe anders het er uit kan zien bij vrouwen. Bianca Toeps doet recht aan de positieve beeldvorming van autisme.